Wat doet een niet-wandelende mens zoal tijdens een tweede lockdown? Juist hij leest bijvoorbeeld een boek dat al zolang op zijn kast staat te pronken en smeekt om gelezen te worden. Wat doet een schaker tijdens zijn gedwongen schaakquarantaine? Toch geen praktisch schaakboek lezen zeker? Wat kan een schaakspeler doen, die de meerwaarde probeert te zoeken in het spel der koningen? Wel die is misschien gebaat bij het doornemen van 'De juiste zet' van de Schotse grootmeester Jonathan Rowson. Toen ik op een rustige vrijdagavond aan het grasduinen was tussen de nieuwste aanwinsten van de Roeselaarse bieb viel mijn oog op bovenstaand boek en vooral de ondertitel intrigeerde mij: 'Wat schaken je leert over het leven'. Als je mij die vraag vooraf had gesteld, dan had ik waarschijnlijk euh 'weinig' geantwoord. Na wat nadenken had ik waarschijnlijk het scherpt de concentratie en het rekenvermogen aan vermeld. De auteur van het boek ziet het echter allemaal veel breder en dieper, toegegeven ik was eerst wat kritisch, omdat ik van oordeel ben dat je niet alles kunt uitleggen met schaak. Het boek belandde uiteindelijk op mijn nachtkastje en wat belangrijker is voor deze blog het raakte zelfs volledig gelezen...
Auteur Jonathan Rowson is een Schots grootmeester, die drie keer op een rij kampioen werd van Groot-Brittannië (2004, 2005 & 2006). Hij heeft ergens in het boek ruiterlijk toe dat de beste spelers toen wel niet meededen. Op het top van zijn kunnen was hij 2599 ELO waard, ééntje minder dan de magische grens van 2600, wat hem net geen 'overgrootmeester' maakte. Gaandeweg verloor hij zijn belangstelling in actief schaken en ging hij zich meer toeleggen op het gezinsleven en zijn wetenschappelijke carrière. Rowson is een gepromoveerd filosoof en een vooraanstaande klimaatwetenschapper die met de regelmaat van de klok ook het schrijfgereedschap hanteert. Zo schreef hij meerdere boeken al of niet schaakgerelateerd. De juiste zet verscheen vorig jaar en is zijn laatste literaire worp tot hier toe.
Het boek telt 8 hoofdstukken die op hun beurt verdeeld zijn in acht onderwerpen. Inderdaad dat maakt 64 en dat is niet toevallig het aantal velden op een schaakbord. In dit vierenzestigdelige avontuur gaat Jonathan Rowson op zoek naar de betekenis van het schaken in vele aspecten van het echte leven. Enkele hoofdonderwerpen zijn hier bijvoorbeeld: Winnen en verliezen, leren en afleren, macht en liefde en leven en dood. In dat laatste hoofdstuk heeft hij het bijvoorbeeld over het schaakspel als een strijd op leven en dood. Het filosofisch gedachtengoed hierachter wordt verlucht met het aanhalen van de bekende film 'Het zevende zegel' waarin een middeleeuwse ridder een partijtje schaak speelt met 'Pietje de Dood'. Vervolgens vertelt hij het trieste maar waargebeurde verhaal van grootmeester Karapanos die op een tornooi in Griekenland net voor zijn winnende zet een hartaanval krijgt en sterft.
In winnen en verliezen wordt onder andere het aspect 'tegen zijn verlies kunnen' van naderbij bekeken en hoe dit zijn waarde krijgt in de maatschappij. Soms zware theorieën die hij wat verzacht met een leuke anekdote. Bijvoorbeeld over Ghandi die op een wegrijdende trein stapt en een sandaal verliest, vervolgens ook zijn andere naar buiten werpt, zodat degene die ze vindt twee dezelfde schoenen kan dragen. Waarmee hij iedereen wil aansporen om verlies filosofisch op te nemen.
Er is ook een volledig hoofdstuk gewijd aan de voortsnellende technologie en de digitale wereld waarin we leven. Computers zijn niet meer weg te denken in het schaakgebeuren. Hier verhaalt hij hoe Anand zich voorbereidde tegen Kramnik in de WK-Match van 2008, een voorbereiding die bijna voor de volle 100% met de computer gebeurde. Rowson vertelt dit uit de eerste hand want hij was éen van de secondanten van Anand.
Concentratie is vrijheid is dan weer één van de zwaardere thema's in dit boek. Een diepe concentratie wordt beschouwd als een volledige absorptie, zeldzaam en nastrevenswaardig. Hoe beter men zich kan concentreren of ervaringen intensiveren, hoe meer we ontdekken wat in het leven de moeite waard is. Een interessante bewering waar je best eens bij stil blijft staan voor je verder gaat in dit onderwerp, anders kun je wel eens het noorden (en ook het zuiden) verliezen. De moeilijkere thema's worden afgewisseld met luchtigere onderwerpen, in 'liefde', en nu heb ik de aandacht van iedereen, heeft hij het over zijn succesvolle B-Tornooi op grote schaakevenementen. Dat blijkt dan de jacht op de aanwezige schaaksters te zijn...
En zo gaat Rowson maar door, in deze 400 pagina's tellende turf worden zowat alle schaaktermen vertaald naar het echte leven en wat ze daar kunnen betekenen. Zijn heldere schrijfstijl doorspekt met humor zorgt ervoor dat je blijft lezen, maar vergis u niet dit is geen roman die je op enkele dagen gaat verslinden. Filosofie is geen exacte wetenschap, zoals wiskunde er ééntje is. Sommige stellingen in dit boek moet je daarom wat laten bezinken, wat laten 'rijpen', vooraleer je hun diepere betekenis ervaart. Wie daartoe bereid is, zal veel voldoening vinden in dit boek.